Stoffen uit paddenstoelen en sinaasappelschillen, kleurstoffen van bacteriën en schimmels, materialen die je oneindig kunt hergebruiken en daarna biologisch afbreekbaar. Het klinkt misschien nog als toekomstmuziek, maar de ontwikkeling van biomaterialen gaat de laatste jaren razendsnel. En dat is maar goed ook, want veel van de reguliere materialen in de mode zijn al ver achterhaald: het gebruik van fossiele grondstoffen of giftige chemicaliën maakt ze te belastend voor het milieu.

Biomaterialen zijn een belangrijke groeimarkt, maar er is nog veel onduidelijk. Wat wordt bijvoorbeeld precies bedoeld met een biomateriaal? Zijn alle biomaterialen automatisch duurzaam? Wat kun je ermee en wat kun je er (nog) niet mee? Deze vragen komen aan de orde in de tentoonstelling 'Grow', die vandaag opent in museum Fashion for Good aan het Rokin in Amsterdam. FashionUnited heeft al een tour gehad.

Fashion for Good is een organisatie die verschillende spelers in de mode-industrie samenbrengt om technologische innovatie in mode en textiel te versnellen. Voor succesvolle innovatie zijn niet alleen bedrijven nodig, maar ook ontwerpers, copywriters, fotografen en andere creatieve geesten, is het idee. Ze kunnen het onvoorstelbare denkbaar maken door het te vertalen in iets dat grijpbaar is: een kledingstuk, bijvoorbeeld, een afbeelding of een verhaal.

Hetzelfde idee ligt ten grondslag aan 'Grow'. Fashion for Good koppelde voor de tentoonstelling verschillende textielvernieuwers aan zes jonge creatieve talenten: ontwerpers Charlotte Bakkenes, Frederieke Broekgaarden, Huong Nguyen en Eva Sonneveld, content creator Christian Mpamo en copywriter Zainab Goelaman. Deze zes werden in mei door een vakjury geselecteerd om deel te nemen aan het project. Bakkenes, Broekgaarden, Nguyen en Sonneveld maakten voor de tentoonstelling modecreaties van biomaterialen die werden aangeleverd door de textielvernieuwers. Mpamo en Goelaman weefden er een verhaal omheen met tekst en foto's.

Het werk van deze zes makers is te zien op de eerste verdieping van het museum, maar de tentoonstelling begint in de kelder van Fashion for Good. Hier biedt een informatieve presentatie een kijkje in het hoe en wat van biomaterialen. Kortom: biomaterialen staat voor materialen van biologische oorsprong. De meeste zullen in eerste instantie denken aan stoffen die van planten zijn gemaakt, zoals linnen, katoen of hennep. In werkelijkheid is het aanbod veel breder: het omvat ook materialen als mycelium, bioplastics en bio-eiwitvezels op basis van dierlijke eiwitten. Dat waarschuwt de bezoeker meteen: biologisch betekent niet automatisch plantaardig, plasticvrij of biologisch afbreekbaar, hoewel dat vaak wel kan. Het betekent vooral dat de basis geheel of gedeeltelijk bestaat uit biomassa, in plaats van fossiele grondstoffen zoals aardolie.

Nog een kanttekening: niet alle biomaterialen zijn honderd procent biomassa. Zelfs een 'bio-gehalte' van tien procent wordt nog wel eens biomateriaal genoemd. Niet wenselijk misschien, maar realiteit. Juist daarom is het zo belangrijk om inzicht te krijgen in wat biomaterialen precies zijn, waaruit ze bestaan ​​en hoe ze worden geproduceerd. Dit wordt in de kelder uitgelegd aan de hand van duidelijke schema's.

In het midden van de kelder staat een tafel met vijf verschillende textielmonsters. Het omvat zachte jerseys en stevige, gladde stretchstoffen. De materialen voelen vertrouwd aan, maar de meeste bezoekers zullen ze nog nooit hebben gedragen: de zachte jerseys zijn niet van katoen maar van kapok- en houtpulpvezels, de gladde stoffen zijn niet van polyester, maar van bananenvezels en sinaasappelschillen.

Wat mogelijk is met deze nieuwe materialen wordt duidelijk op de eerste verdieping van het museum. Daar worden de creaties van Bakkenes, Broekgaarden, Nguyen en Sonneveld tentoongesteld. De vier ontwerpen zijn heel verschillend: met behulp van houtpulpvezelstof ontwikkeld door Spinnova, creëerde Broekgaarden een dromerig silhouet met fijn gebreide mouwen en een wolkrok. Sonneveld maakte een grafisch werkkledingpak van het bananentextiel, afkomstig van innovator Green Whisper, waarop satellietbeelden van een bananenplantage waren afgedrukt.

Het ontwerp van Nguyen is weer anders, een conceptueel ontwerp waarbij de donkergrijze stof - Flocus biomateriaal, gemaakt van kapokvezels - in zware plooien op de grond valt. Bakkenes maakte een flinterdunne avondjurk met een sleep van hetzelfde materiaal. De neiging om de kledingstukken even aan te raken en de structuur en het gewicht van de stoffen te voelen is moeilijk te weerstaan, maar dat mag hier helaas niet. We zullen moeten wachten tot het moment dat bedrijven als Spinnova, Green Whisper en Flocus zodanig zijn opgeschaald dat hun materialen niet alleen in musea, maar ook in winkels te vinden zijn.

In de boetiek Fashion for Good op de begane grond van het museum kunnen bezoekers hiervan proeven. Zoals gebruikelijk sluiten de aankleding van de winkel en de producten aan bij het thema van de tentoonstelling. Tijdens 'Grow' zijn er bloemgeverfde kledingstukken van Hul Le Kes, biologisch afbreekbare pakken van Freitag en gezichtsglitter van BioGlitz, gemaakt van eucalyptuspulp. In Fashion for Good komt de toekomst op een doordeweekse middag ineens aardig dichtbij.

De tentoonstelling 'Groei' is tot april 2022 te zien in het Fashion for Good Museum in Amsterdam.

Deze site maakt gebruik van cookies om gepersonaliseerde advertenties aan te bieden en het gebruik te analyseren. Door verder te bladeren, gaat u akkoord met het gebruik van cookies.